Visie > visie op domeinoverschrijdende inititatie voor de eerste graad | de eigenheid van het kunstenbad | profiel van de kunstenbadleerling
Wanneer we de leerdoelen, leerresultaten en aanpak van het kunstenbad vergelijken met deze van de muzische vorming binnen het basisonderwijs, kunnen we duidelijke verschillen vaststellen op vlak van leerdoelen, leerresultaten en aanpak.
Vergelijking leerdoelen kunstenbad – Muzische vorming in het basisonderwijs De leerdoelen uit het ontwerpleerplan kunstenbad zijn domeinoverschrijdend, open, helder en ontwikkelingsgericht geformuleerd. Enkel voor de vakman werd de opsplitsing in domeinen weergegeven. Een overzicht van alle doelen vind je hier. De leerdoelen Muzische vorming zijn geformuleerd per domein (inclusief media). Ze zijn complex en enorm talrijk (meer dan 100 doelen). Op basis van doorlichtingen door de onderwijsinspectie van het basisonderwijs (BaO) en op basis van begeleidingsopdrachten door pedagogische begeleidingsdiensten blijkt dat ze voor leerkrachten BaO moeilijk realiseerbaar zijn. Mogelijke indicatoren hiervoor zijn: te grote klasgroepen, niet altijd de nodige omkadering en gepaste infrastructuur en het gemis aan specifieke kennis en ervaring van de leerkrachten doordat deze leraren opgeleid zijn als ‘generalisten‘ en niet als ‘specialisten’... Vergelijking leerresultaten kunstenbad – Muzische vorming in het basisonderwijs We vergeleken de leerresultaten van het kunstenbad met de muzische vorming (MuVo) in het basisonderwijs (BaO). De vergelijking is gebaseerd op observaties en bevindingen tijdens begeleidingsopdrachten van de pedagogische begeleidingsdienst in zowel het BaO als het kunstenbad. Bij de vergelijking namen we de verschillende rollen uit het ontwerpleerplan als kader. Enkele opvallende verschillen: Ik als unieke kunstenaar -In het kunstenbad gaat veel aandacht naar het zich persoonlijk uitdrukken op een unieke en eigenzinnige wijze. In het BaO ligt de nadruk op beleven en ervaren van kunst via beschouwen (receptieve insteek). -Het creatieproces is in het DKO één van dé belangrijkste pijlers. Hier wordt volop op ingezet, vanuit de vakkennis en creativiteit van de leerkracht. In het BaO is de stap van het beschouwen naar het creëren moeilijk haalbaar. De competenties van de leerkrachten ontbreken hiervoor. De onderzoeker -Nieuwsgierigheid en verwondering prikkelen is in het kunstenbad één van de belangrijkste attitudes. In de MuVo wordt dit eerder omschreven als het opdoen van ‘impressies’. -Het onderzoek, het ontrafelen, het leren uit ervaringen, het blijven zoeken en out of the box denken zijn belangrijk in het kunstenbad en vormen de basis voor een degelijk vakmanschap en kunstenaarschap. In de MuVo gaat het eerder om ‘exploreren en experimenteren’ dan om ‘onderzoeken’. Het ontdekken van diverse kunstuitingen wordt vaak gedaan in samenwerking met musea en kunsteducatieve partners. De samenspeler In het kunstenbad wordt vooral via muziek en woord sterk ingezet op doelen die bij deze rol horen. Vanuit het samenspelen wordt ook overgaan tot een creatieproces. In het BaO vindt je hier eerder een link met doelen sociale vaardigheden dan specifiek met MuVo. De vakman In het kunstenbad komt deze rol zeer sterk aan bod dankzij de opleiding en expertise van de leerkrachten. Vaak wordt er vanuit een element of werkveld vertrokken en wordt zo de link gemaakt naar de verschillende domeinen. De verschillende vakelementen worden specifiek benoemd en geclusterd naar overeenkomst. (zie ontwerpleerplan Kunstenbad.) Werken aan een doel, inzicht verwerven, zelfstandigheid tonen wordt vaak individueel opgevolgd. In het BaO hebben de leerkrachten vaak onvoldoende competenties om die kwaliteit aan te bieden. Het artistiek traject of muzisch proces ontbreekt, vaak door ‘conservatieve’ opvattingen. Het verwerven van inzicht, het doelmatig werken en kunnen focussen zijn leergebiedoverstijgend en worden begeleid op klasniveau. Tijdens evaluaties worden eerder attitudes besproken dan concrete vakcompetenties. De performer Als (tussen)resultaat van een artistiek traject (onderzoek/kunstenaar/vakman) zijn er in het kunstenbad vaak toonmomenten. Dit zijn bovendien momenten voor positieve feedback, reflectie en bijsturing. Vanuit een aantal elementen van andere rollen wordt tot ‘durven’ gekomen. Deze doelen zijn opvallend afwezig in de leerdoelen MuVo. Door de productgerichte aanpak zijn deze echter toch aanwezig in de klaspraktijk. Vergelijking aanpak kunstenbad – Muzische vorming in het basisonderwijs Vanuit de ervaring en het werken met de einddoelen MuVo in het BaO enerzijds en de ontwerpdoelstellingen Kunstenbad in het DKO (deeltijds kunstonderwijs) konden een aantal opvallende verschillen in aanpak worden aangetoond tussen beide. Artistiek gevormde leerkrachten Vanuit een algemeen kader lijkt het belangrijkste verschil te liggen in de kennis en bagage van het onderwijspersoneel zelf. Leerkrachten uit het DKO hebben een specifieke artistieke opleiding en leerkrachten in het Kunstenbad soms zelfs verschillende! Bovendien houdt de kunstenbadleerkracht de vinger aan de pols met de actuele kunsten. Als specialist in één of meerdere domeinen beschikt hij/zij over het vermogen om hedendaagse tendensen van dichtbij op te volgen en in de praktijk te brengen. |
Team-teaching Het feit dat team-teaching wordt gehanteerd in het Kunstenbad, zorgt er voor dat er een constante vorm van ‘professionalisering’ gebeurt, niet alleen voor de leerlingen dus maar ook voor de betrokken leerkrachten. Zij geven zelf aan dat dit niet enkel gebeurt op artistiek vlak maar ook op pedagogisch-didactisch vlak. Artistiek leerproces Het ‘proces’ speelt een belangrijke rol in de lesinhouden van het Kunstenbad. Er is hier de nodige tijd, plaats en materiaal voor. Door de aaneenschakeling van lessen wordt er aan een artistiek traject gewerkt, waarin op een diverse en veelzijdige manier de leerlingen worden meegenomen in de wereld van de kunsten. In het BaO wordt er vaak zeer productgericht gewerkt naar een toonmoment. Door de beperkte kunstspecifieke vakkennis van de meeste leerkrachten basisonderwijs worden de vijf domeinen bovendien vaak versnipperd of beperkt aangeboden. De volledige integratie van de verschillende kunstvormen wordt in het kunstenbad gegarandeerd. We kunnen concluderen dat het kunstenbad de eindtermen van de muzische vorming overstijgt. Het activeert de ontwikkeling van artistieke competenties en zet een artistiek leerproces in de vijf domeinen in gang. Kwaliteitsvoorwaarden in het kunstenbad Om de kwaliteit in het kunstenbad te garanderen zijn er kwaliteitsvoorwaarden. De kwaliteit van een kunstenbad staat of valt met een duidelijke visie op domeinoverschrijdende initiatie, geschikte leerkrachten, een goede organisatievorm, de juiste ondersteuning vanuit de directie en de pedagogische coördinatie en de nodige materiële ondersteuning. (zie: conclusies voor directies) Deze kwaliteitsvoorwaarden zorgen voor andere inhouden van kunstenbadlessen dan lessen Muzische vorming. Vele praktijkvoorbeelden illustreren dit. (zie: good practices) |